Nieuws

Rooms-Katholieke Kerk Nederland > Dossiers > Uitgelicht: Coronavirus > Terugblik coronajaar 2020: Mauricio Meneses over pastor-zijn in coronatijd: ‘We hebben niet alles onder controle…’

Terugblik coronajaar 2020: Mauricio Meneses over pastor-zijn in coronatijd: ‘We hebben niet alles onder controle…’

Deze zomer publiceert rkkerk.nl een serie artikelen die eerder zijn gepubliceerd in de Pius Almanak voor 2021. De artikelen schetsen een beeld van hoe de kerk in 2020 werd geconfronteerd met de ingrijpende consequenties van de coronapandemie en hoe men daar in die eerste periode mee om is gegaan. Ze bieden een momentopname uit 2020, intussen is de situatie veranderd, maar stuk voor stuk zijn deze verhalen informatief en bieden ze leerpunten voor nu en de toekomst.
Deel 2. Een persoonlijk verslag door Mauricio Meneses, priester van het aartsbisdom Utrecht en werkzaam in de parochies Martha en Maria (Baarn e.o.) en Onze Lieve Vrouw van Amersfoort (Amersfoort e.o.).

‘Ik kom oorspronkelijk uit Colombia waar ik een groot deel van mijn studies in theologie en filosofie heb gevolgd. In 2014 ben ik als missionaris (priesterstudent) naar Nederland gekomen. Hier heb ik het laatste deel van mijn opleiding afgerond, en in 2017 ben ik tot diaken en later tot priester gewijd.

Ik denk dat de tijd van het coronavirus ons als gelovigen heeft geleerd wat de woorden van Jezus in het dagelijks leven betekenen: “neem je kruis op en volg mij” (Mt. 16, 24). In deze tijd had de mensheid geen andere keuze dan de pijn te dragen van het verlies van duizenden mensen, van de afstand tussen de gezinnen, de economische verliezen, het wegvallen van alle werk- en vakantieplannen, enzovoort. Maar met alle gevoel van hulpeloosheid en de erkenning van onze beperkingen volgde de wereld zijn eigen koers. Misschien is dat wat het betekent om Kerk te zijn in deze coronatijd: om te erkennen dat we beperkingen hebben, dat we niet volmaakt zijn, dat we niet alles onder controle hebben. Dat betekent dat je het kruis opneemt.

Als priester ervaar ik dat de Kerk, het geloof, de hoop en de liefde niet in quarantaine konden blijven. Integendeel, terwijl iedereen thuis wilde blijven, moest de Kerk de noodlijdenden gaan dienen. Dat heb ik aan den lijve ondervonden toen ik volledig ingepakt in corona-proof kleding meerdere keren de corona- afdeling van het ziekenhuis mocht binnengaan om mensen te bedienen, ook midden in de nacht.

Ik moet erkennen dat het niet gemakkelijk voor mij was. Er heerste een zekere angst waar niemand raad mee wist, vooral aan het begin van de pandemie. Maar door alles heen besefte ik dat het mijn taak was om de mensen als priester bij te staan. Juist hier ervoer ik wat het betekent om slechts een instrument te zijn in Gods handen. Hier zie je geloof, hoop en liefde samenkomen in concrete daden.

Als pastor vroeg ik me af hoe ik in coronatijd mijn priesterrol moest vervullen? Wat moet ik zeggen? Hoe moet ik het zeggen? Iedereen was bang om dicht bij de mensen te komen; ik moest heel dicht bij hen staan. Bovendien zijn er in het ritueel van de sacramenten delen van de liturgie waar lichamelijk contact belangrijk is. De Schrift zegt dat Jezus de zieken benaderde en aanraakte! Hoe kunnen we dat nu doen?

Ik herinner me de eerste keer dat ik een corona-patiënt heb mogen bedienen. Toen ik eenmaal de corona-afdeling binnenkwam, lag achter de glazen deur een vrouw, verbonden met allerlei apparaten. Haar familie mocht haar niet bezoeken. Ik mocht haar niet aanraken.

Ik kwam haar kamer binnen, mijn priesterboord nauwelijks zichtbaar onder mijn beschermingsmasker en alle beschermende kleding. Op de intensive-careafdeling van het Medisch Centrum wist iedereen dat de patiënt en haar familie om een priester hadden gevraagd. Dus hielp iemand van de medische staf me met alles wat nodig was om binnen te komen en begeleidde me naar de kamer van de vrouw. Het was de eerste daad die me in deze tijd heeft geraakt: het zien van hoe we samen werkten vanuit de liefde voor onze roepingen voor zowel de fysieke als de spirituele gezondheid van mensen. Onder het blauw en wit van de kleren van de mensen op de corona-afdeling zaten artsen voor zowel het lichaam als voor de ziel. Ik heb die mooie uitdrukking meerdere malen gehoord!

Zodra ik haar kamer binnenkwam, liep ik naar haar bed en lette op dat ik niet op de kabels stapte die op de vloer lagen. Ik stak mijn hand uit en begon te bidden. Toen ze mijn gebaar zag, wist ze dat ik niet de dokter was die bij haar controles kwam doen, maar de priester. Ik was ontroerd toen ik zag dat ze haar handen ineenvouwde om met mij mee te bidden en toen ik tranen in haar ogen zag komen omdat ze geen afscheid kon nemen van haar dierbaren, wetende dat ze zou sterven.

Maar te midden van de pijn en de angst kwam het geloof naar voren als een teken van hoop. Ze bad met mij mee, ontving het sacrament, bad voor haar dierbaren en nam op die manier afscheid van hen. Ze zei zelf: “nu voel ik me klaar om te vertrekken, ik heb meer rust”. We slaagden erin om na het gebed een paar woorden met elkaar te spreken, een half uur later was ze naar de eeuwigheid vertrokken.

Wat betekent het om pastor te zijn in deze coronatijd? Het betekent om een getuige van hoop te zijn, het betekent om de kracht van het geloof te herontdekken, het betekent om te herontdekken wat het is om onze medemensen lief te hebben, het betekent om de Schrift te herlezen en er een bron van troost in te vinden. Het angstgevoel gaat vanzelf weg, ter plekke als je ziet hoeveel goeds je als instrument mag doen! Priester-zijn in deze tijd van het coronavirus betekent creatief zijn om ondanks de fysieke afstand dicht bij de mensen te blijven. Het betekent dat we de Kerk meenemen naar virtuele ruimtes die we ons nooit hadden kunnen voorstellen: facebook, facetime, YouTube, zoom, skype, enzovoort.

Het coronavirus, een microscopisch klein deeltje, heeft in slechts drie maanden tijd de menselijke kwetsbaarheid aan het licht gebracht. Alle volkeren hebben geworsteld met het vermijden van de dood, het afsluiten van steden, het bedekken van gezichten met een masker in de straten en het isoleren van de stervenden van hun geliefden tijdens hun laatste momenten. Toch zijn er duizenden gestorven. In het midden van dat scenario zijn we geroepen om Kerk te zijn, om gemeenschap op te bouwen! Om pastor te zijn! Dit kwam bij mij telkens weer naar boven als ik voorganger was bij uitvaarten van parochianen die slachtoffer van het virus waren. Ik denk dat alle uitvaarten moeilijke vieringen zijn. Je moet altijd je best doen, omdat je zo’n viering nooit over kunt doen, maar een corona-uitvaart brengt een extra lading met zich mee. Misschien omdat velen geen afscheid van hun dierbaren mochten nemen, misschien omdat het aantal mensen bij de viering beperkt is, misschien omdat er een gevoel van machteloosheid is, omdat de nazorg en het rouwproces ook afwijken… Maar het is zeker anders!

De wereld wordt niet alleen geconfronteerd met een gezondheids- en een economische crisis, maar ook met een diepe persoonlijke geestelijke crisis. Een virus heeft ons gedwongen om onze meest intieme vragen onder ogen te zien, niet alleen over hoe we leven, maar ook over hoe we sterven. Over wat we wel en niet kunnen controleren. Over hoe je de menselijke waardigheid, verlatenheid en hoop aanpakt. En vooral over hoe we onze laatste uren in deze wereld zinvol kunnen maken. Als priester in coronatijd heb ik veel over de vier fundamentele relaties in ons leven nagedacht en deze heroverwogen, namelijk: onze relatie met God, met mijzelf, met anderen en met de natuur.

Deze pandemie kwam in een maatschappij die zich van veel van haar geloofstradities heeft ontdaan en ons het heilige liet heroverwegen. Wel… misschien voelt niet iedereen zich geroepen tot deze taak, maar ik die in het pastorale veld werk, voel me uitgedaagd om te getuigen van ons geloof en onze hoop, tegen alle wanhoop en tegen alle pijn in. En ik kan me voorstellen dat veel collega’s dit gevoel herkennen.

De tijd van het coronavirus dwong ons gelovigen om terug te keren naar de bron, om creatief te zijn, om dicht bij degenen te staan die lijden, om onze angsten achter te laten, om de kern van de liefde te zoeken. Het leerde ons het gezicht van God te zien in het gezicht van onze broeders en zusters. Het gezicht van de Lijdende Christus en dat van de verrezen Jezus!’

Kijk hier voor meer informatie over de Pius Almanak.

 

Foto: Mauricio Meneses via aartsbisdom Utrecht.

Tags: